Tweezaam

Als je vanaf het Mercatorplein in Amsterdam de Cabralstraat inloopt, zie je aan het eind daarvan het monumentale gebouw door zijn twee symmetrische schoorstenen al boven alles uitsteken. Het is een voormalige school in Amsterdamse Schoolstijl (1924), ontworpen door een onbekende architect en nu in gebruik als buurthuis MidWest. Zelf zeggen ze: dorpshuis in de stad.

In de voormalige gymzaal, waar enkele toestellen (wandrek, ringen) nog aanwezig zijn, was een dag na Internationale Vrouwendag een programma te zien en te horen van Monalisa Toneel & Film.[1] Een programma dat werd bijgewoond door zo’n vijftig mensen en waarin het getal twee telkens weer terugkwam voor wie er oog voor had. En dat heb ik, auteur van boeken met woorden als ‘Dialoog’ en ‘Tweespraak’ in de titel.
Het begon al bij binnenkomst, toen het gebouw na een elektriciteitsstoring in de buurt (de voormalige De Baarsjes) door een brandscherm in tweeën was gedeeld: voor en achter, en de bezoekers via een leuningloos trapje naar binnen moesten, wat voor sommigen een uitdaging vormde.

Sylvia Willink-Quiël
Het programma begon met een 23 minuten durend portret van de ook in de zaal aanwezige beeldend kunstenaar Sylvia Willink-Quiël [zie foto bovenaan], die méér is dan ‘de vrouw van’.[2] Het is een documentaire die werd gemaakt door Peter Limbach en werd gemonteerd door Patricia Werner Leanse en Yve du Bois.
De kunstenares werd in haar huis en atelier gefilmd. Ze vertelt daar over haar twee grote liefdes, de Amerikaans-Duitse dirigent Frieder Weissmann en schilder Carel Willink en niet in de laatste plaats haar eigen werk.
Op een gegeven, ontroerend moment laat ze een ‘zelfbeeld’ zien zoals ze het noemt, met in het achterhoofd, achter haar lange haar, een dodenmasker van de schilder Carel Willink. ‘Tweezaam’ noemt ze het met een uitspraak van Nietzsche.
We kennen haar werk onbewust allemaal, bijvoorbeeld door enkele prachtige beelden in het Amsterdamse Concertgebouw, waaronder een schitterende kop van Bernard Haitink die ze bewust iets meer haar heeft gegeven dan hij had.

Sedje Hémon
Na deze documentaire volgde een dialoog tussen beeldend kunstenaar/componist Sedje Hémon (1923-2011), gebaseerd op teksten van haar en gespeeld door Brechtje Hartong van Ark (journaliste) en Patricia Werner Leanse (Sedje Hémon).[3]
Het was een dialoog in de dubbele betekenis van het woord: het abstracte lijnenspel op haar schilderijen valt te zingen, en Patricia deed dat als zangeres aan de hand van een schilderij dan ook. Hémon ging in haar boek Integratie der kunsten nog een stap verder; het ging haar om alle kunsten, inclusief architectuur.
Hemon zat in het verzet en werd in 1944 opgepakt. Ze belandde in gevangenissen en concentratiekampen en kwam lichamelijk gebroken terug. In 1953 moest ze het vioolspelen opgeven, maar ze bleef tekenen.
Ter onderbreking van het interview werden enkele fragmenten uit concerten (voor panfluit en orkest, voor viool en orkest) gedraaid, wat om voor mij althans onduidelijke redenen wat gelach in de zaal tot gevolg had. Was het de abstracte, moderne toon van haar muziek? Wat het de kwaliteit ervan? Een opmerking van een buurvrouw?

Tentoonstelling Stedelijk Museum
Tot slot werd een korte film van BubbleEyes (Patricia Werner Leanse en Yve du Bois) getoond over de laatste grote Sedje Hémon tentoonstelling in het Stedelijk Museum Amsterdam, waarover ik ook blogde.[4]
Ook hierin zat, net als in de documentaire over Sylvia Willink-Quiël, een ontroerend moment. Bij de Tweede Wereldoorlog en de impact daarvan op Hémon te zijn aangekomen, werd een shot van een schilderij van haar getoond waar de camera haast leek in te kruipen. Het werd steeds benauwender en deed denken aan een hek wat Armando eens schilderde: Der Zaun (1994, Kröller-Müller Museum, zie afb.).[5]
Deze techniek van cameravoering komt mij voor als een typisch Werner Leanse-trekje dat ik al eerder zag.[6] Een mooie handtekening onder deze zondagse namiddag. En voor mij ook een dialoog met een ander kunstwerk.

 

De afbeeldingen bij deze blog zijn, m.u.v. Der Zaun van Armando, ontleend aan de uitnodiging voor de eenmalige voorstelling op 9 maart 2025 in MidWest.

 

[1] https://www.monalisatoneel.nl/
[2] https://sylviawillink.nl/
[3] https://sedjehemonstichting.nl/
[4] https://elsvanswol.nl/mediteren-nadenken-en-zingen-over-het-kwaad/
[5] https://krollermuller.nl/armando-het-hek-28-7-94
[6] https://elsvanswol.nl/?s=Werner+Leanse&submit=Zoeken

Het paradijselijke Auschwitz

Eigenlijk zijn er in de film The Zone of Interest van regisseur Jonathan Glazer twee zones: een grote, bloeiende tuin en concentratiekamp Auschwitz, waarvan je achter een muur overigens weinige ziet: de nok van gebouwen, een wachttoren, de schoorstenen van de crematoria tegen de lucht. Deze zones bepalen ons als een ouverture bij de thema’s en de vragen die gaandeweg de film opdoemen. Een indrukwekkende film die bij de Oscars van 2024 terecht werd bekroond als de Beste Internationale Film.

De zones worden aan het begin van de Duitstalige film door Mica Levi in elektronische muziek omgezet. Je hoort, terwijl het beeld zwart blijft, twee lagen: vervormde koorklanken, en zoete vioolmelodieën inclusief vogelgekwetter. Ook dit is als een ouverture van wat volgt: een gezin aan de oever van één van de rivieren om Auschwitz (Sola en Wisła), het water zelf en de bergen erachter.
In het water staat Rudolf Höss te vissen (een geweldige Christian Friedel). Hij is de kampcommandant van Auschwitz. Zijn vrouw Hedwig (een al even geweldige rol van Sandra Hüller) en hun vijf kinderen staan op de oever. Wat er gebeurt lijkt hier en in de hele film allemaal niet tot de familie door te dringen. Ze zijn onverschillig voor wat Höss doet. Ze willen het niet weten.

Martin Amis
De film is gebaseerd op het gelijknamige boek van Martin Amis (1949-2023), in het Nederlands vertaald als Het interessegebied. De vele citaten van de dichter Paul Celan die je in het boek tegenkomt, zijn in de film verwijzingen geworden die je als kijker al dan niet op kunt pakken. De zwarte melk uit Celans beroemde gedicht Todesfuge bijvoorbeeld zijn in de film witte lakens die aan de lijn wapperen en die tegen het eind van de film, wanneer ze ’s nachts worden binnengehaald, zwart zijn geworden. Het roken van sigaren tegen de stank uit het boek is in de film een constante gebleven. Verder is Glazer met zijn adaptatie niet echt gegaan.

Sterker nog: aan dat roken worden in de film echo’s toegevoegd. Een oplichtende sigaar vindt zijn weerklank in de rode wolken die een schoorsteen uitbraakt. Zoals de witte pluimen die uit de schoorstenen komen hun echo vinden in de witte rook uit een aanstormende trein. Zo vallen micro- en macroniveau in de film samen.

Microniveau
Maar het is de microkosmos die alles schrijnend maakt: de felle kleuren van de bloemen in de tuin waarop de camera inzoomt en blijft hangen. Of het speelgoedtreintje in de kamer van een van de kinderen. De Blechtrommel die er op de grond staat lijkt met een beetje fantasie zelfs een intertekstuele voorafschaduwing van de gelijknamige roman van Günter Grass, zoals die wachttoren in de zomer van 1943 een voorafschaduwing lijkt voor de sneeuw in de winter. De toren heeft namelijk al een afdak, en dat hadden ze in de zomer niet.

Hoewel dit fictieve elementen zijn, zou je wel willen weten hoe het dat jongetje is vergaan, net zoals je dat zou willen weten over de moeder van Hedwig die komt logeren en op een nacht zomaar verdwijnt. Heeft ze door gehad wat er aan de andere kant van de muur gebeurt, net als het meisje dat ’s nachts erop uit gaat en voedsel verstopt? Eerder had de schoonmoeder in de tuin op een stretcher liggend moeten hoesten, waarna ze naar de lucht keek. Trok ze toen haar conclusies? Of kon ze het niet langer verdragen? En wat stond er op het briefje dat ze achterliet en dat haar dochter in de kachel gooit?

Macroniveau
Aan het eind van de film zien we enkele vrouwen ruimten van het museum dat Auschwitz-Birkenau nu is schoonmaken: een gaskamer, een crematorium, een museumruimte. Is dit een oproep om te blijven gedenken, het gedenken te onderhouden? Deze scène kent wellicht ook een voorafschaduwing. Door Rudolf die op de trap staat over te geven. Ingegeven nadat hij net heeft gehoord dat hij is bevorderd en/of nadat zijn vrouw duidelijk heeft laten merken dat ze er niet blij mee is dat ze haar als paradijselijk omschreven oord moet verlaten en daar met de kinderen wil blijven? Of toch – zoals acteur Christian Friedel in een interview zei – omdat ‘zijn lichaam reageert op de gruwelijkheden waarvoor zijn geest zich allang heeft afgesloten?’ Net als zijn vrouw, die volgens getuigenissen na de oorlog wel degelijk weet heeft gehad van wat er aan de andere kant van de muur gebeurde en vanaf dat moment niet meer het bed met haar man wilde delen. We zien in de film inderdaad hun bedden uit elkaar staan.

We mogen het als kijker allemaal zelf verder invullen. En dat neemt tijd in beslag, want zo’n film als dit werkt lang door. Móet lang doorwerken voor generaties die weinig of niets meer van de Tweede Wereldoorlog (willen) weten. En in een tijd dat het antisemitisme weer in alle hevigheid de kop opsteekt.

The Zone of Interest
Regie: Jonathan Glazer
Distributeur: Cinéart Nederland
imdb: https://www.imdb.com/title/tt7160372/
Trailer: https://www.imdb.com/video/vi455067417/?playlistId=tt7160372&ref_=tt_pr_ov_vi