La cinquième saison

PestmaskerFrits van Oostrom (Universiteit Utrecht) heeft een nieuw boek  geschreven: Wereld in woorden, over de 14e eeuw. De eeuw van de pest, die begon in Brugge. Een eeuw die de hele tijd het ongeluksgetal 13 met zich meedroeg. Maar ook de tijd van de Moderne Devotie en Jan van Ruusbroec, sprankjes licht in het donker.

De link naar de film La cinquième saison ligt voor de hand. Een film die in 2013 uitkwam. Een film ook waarin mensen anno nu met pestmaskers door het Belgische land lopen, een landschap in de aardtinten van de schilderijen van Anselm Kiefer. Een vleugje hoop ontbreekt ook hier niet: in de persoon van Thomas.
Terwijl de vreemdeling Pol als zondebok te pakken wordt genomen, zit Thomas vast in zijn huis. Als ‘buitenstaander’, misschien als ongelovige Thomas, redt hij de zoon van Pol, de gehandicapte Octavo.

De muziek die klinkt is het openingskoor uit Bachs Johannespassion: ‘Herr unser Herrscher’, een aanroep uit de diepte. Maar kijk eens naar die laatste beelden, luister eens naar de strijkers onder die scherpe blazers en boven die monochrome basnoten als bij Kiefer …

Johannes Passion van Arvo Pärt

De afgelopen jaren heb ik mij in de veertigdagentijd de gewoonte aangewend om een voor mij tot dan toe onbekende Passie te leren kennen. Verleden jaar was dat Golgotha van Frank Martin, nu ‘de’ Palmzondag uitvoering van het Koninklijk Concertgebouworkest (http://www.concertgebouworkest.nl). Het jaar ervoor was het de Johannes Passion van Arvo Pärt.

Volgens sommigen is dit niet Pärts beste werk, maar daar moet u bij mij niet mee aankomen. Want nergens mooier dan in twee passages die mij opvielen, toont Pärt de kracht van zijn tintinnabuli-stijl: in Johannes 19:16-17 en Johannes 19:26-27.

In het eerste voorbeeld gaat het over de uitlevering van Jezus om te worden gekruisigd en over het dragen van het kruis; een muzikale beweging omhoog en daarna weer naar beneden, zoals we die ook kennen uit Pärts pianowerk For Alina.
In het tweede geval gaat het over Jezus die tegen zijn moeder zegt: ‘Vrouw, zie uw zoon.’ En vervolgens tegen de discipelen: ‘Zie, uw moeder.’ Weer die noten die omhoog en vervolgens naar beneden gaan.

Als je de tekst bij de hand hebt, kun je in beide gevallen een soort chilasme, kruisverwijzing tekenen; ogenmuziek, zoals we die ook in Bachs Matthäus Passion tegenkomen (nr. 54 ‘Lass ihn kreuzigen.’).
Verstand en gevoel worden erdoor aangesproken; ‘muzikale mystiek voor iedereen, gelovig of niet’ stond in de aankondiging van het minifestival dat het Nederlands Kamerkoor verleden jaar aan de Estse componist wijdde. Dit jaar voeren ze de Johannes Passion van Pärt weer uit: http://www.nederlandskamerkoor.nl/concerten/concerten/2012-2013/arvo-paert-johannespassie/

‘Ach, hoe eenvoud zijn raadsel vindt’ om met Rutger Kopland te spreken.