Of het van hem uit gezien een goede ruil was, weet ik niet – Jan Keij, die mij inwijdde in het denken van Emmanuel Levinas (zie foto rechts), gaf mij zijn boek Tijd als kwetsbaarheid in de filosofie van Levinas (uitg. Boom, 2021), ik aan hem mijn Tien boeken, tien deugden over de in het Nederlands vertaalde romans van Philippe Claudel. Van mij uit gezien in ieder geval wel; ik ben blij met zijn ultieme boek over Levinas, over wie hij al eerder publiceerde. Mijn recensie staat te lezen op de website 8WEEKLY.nl (zie link onderaan), een blog mede naar aanleiding van het boek hieronder. Als onderdeel van een drieluik.
1.
Voor de samenvatting en conclusie, komt Keij met een hoofdstuk dat hij omschrijft als ‘een slagroomtoefje’. Het gaat over een voorwaarde voor verantwoordelijkheid: vruchtbaarheid. Dat ziet hij als een overwinning op de dood. ‘Via het doorgeven van nieuw leven, dat mogelijk is dankzij de voortplanting die vruchtbaarheid is’. Dat het mij wat te eng is, en ik liever zou refereren aan een wijsheid die zegt dat je een kind moet krijgen, óf een boom moet planten óf een boek moet schrijven om voort te leven. Al staat er in citaten ook vaak: een kind moet verwekken, vanuit mannelijk perspectief, en een boom moet planten en een boek moet schrijven. Maar dit terzijde, al erkent Keij in zijn hoofdstuk ook dat Levinas en hij als fenomenologen erotiek ‘mannelijk’ beschrijven. In ieder geval gaat het om Liefde met een hoofdletter L.
2.
Onlangs zag ik – voor het eerst sinds de coronacrisis weer in de bioscoop – een aflevering van de documentaireserie Nature on tour. De aflevering speelde in Rusland, boven de poolcirkel. Wetenschappers verkennen Siberië. Waar vroeger eindeloze taiga-bossen (naaldbossen) waren, zijn nu mega-slumps. Enorme permafrostlagen ontdooien en wat boven komt, zijn methaan en een bacterie die miltvuur kan veroorzaken. We zien beelden van rendieren die hun loop veranderen, door droge rivierbeddingen en over dunne lagen ijs op zoek zijn naar voedsel. We zien ijsberen die hetzelfde doen, ver afgedwaald van smeltende ijsschotsen. Zelfs tot in steden worden ze waargenomen, ten dode opgeschreven als ze zijn. De doos van Pandora, zegt een voice over in deze aangrijpende film, is geopend.
3.
Ik lees in het novemberprogramma van Theater Bellevue in Amsterdam een column van componist, dichter, dirigent en lid van de KNAW Micha Hamel. Een verre van vrolijke column naar aanleiding van zijn Het Zwarte Raam, een verhaal over de laatste twee mensen op aarde waarvoor hij zowel het concept, de tekst als de muziek schreef. En die column. ‘Het verhaal gaat’, schrijft hij, ‘over een Liefde (met grote L) tussen een man en een vrouw tijdens de klimaatcatastrofe’. Hamel constateert, en dat doet iedereen die voornoemde documentaire zag, ‘dat de klimaatcrisis veel erger is dan alom wordt aangenomen’. Hij is somber, en stelt – met een reminiscentie aan Camus – dat ‘wil je werkelijk klimaatneutraal worden, je dan zelfmoord’ moet plegen. Alleen was het bij Camus een vraag.
Ook Hamel vraagt zich iets af, namelijk wat hij moet doen, als kunstenaar. Hij vraagt zich af wat er overblijft, ‘als afschrift van menselijkheid in de mens?’ En antwoordt, met Levinas, met Keij: ‘de grote L, de Liefde, dat grote, ingewikkelde, veelvormige hyperobject’. Maar je kunt ook een boom planten, een indrukwekkende documentairefilm maken, een boek schrijven of een muziektheaterstuk voor Orkater componeren. Om ons wakker te schudden.
Link naar mijn recensie van het boek op 8WEEKLY: https://8weekly.nl/recensie/het-appel-raakt-iedereen/