Het licht romantisch?

Peter Neefs_Kathedraal AntwerpenHet summum aan spiritualiteit in de middeleeuwen is volgens de documentaire Les cathédrales dévollées, over het ontstaan van de gotiek in Frankrijk (uitgezonden door TV5 Monde, 2 december 2014) het licht. In de tijd van advent bij uitstek een item om stil bij te staan. Dat doe ik door herplaatsing van een artikel uit Quadraatschrft (maart 1998).

Ik was van mijn stuk gebracht toen ik dr. M.P. Pranger (Universiteit van Amsterdam) eens in een lezing hoorde zeggen, dat de Franse schrijver Georges Duby absoluut geen gelijk had met zijn verheerlijking van het licht in de Franse kathedralen. Wie wel eens in een donkere Franse kerk is geweest, moet volgens Pranger toch kunnen beamen dat dit allemaal maar romantisch is.

Aan de ene kant kwam het mij bekend voor; twee keer had ik met donker weer de Notre-Dame in Parijs gezien en twee keer met al even slecht weer de kathedraal van Reims: geen mooie gebrandschilderde ramen in al hun glorie, maar donkerte alom.
Toch had ik ook twee andere indrukken opgedaan: in de overweldigend lichte kathedralen van Troyes en Antwerpen. Hier – al is volgens kunsthistorici de gotiek hier over haar hoogtepunt heen – heb ik wel iets ervaren van wat Duby in de voetsporen van Dionysius de Areopagiet moet hebben bedoeld met het idee dat God licht is (in: De kathedralenbouwers).

Ik kan me daarom helemaal voorstellen dat – hoewel anderen daaraan twijfelen – de kunsthistoricus H. Jantzen meent dat de kathedraal op het schilderij Kerkinterieur bij nacht (Boedapest, Szépmüvészeti Museum) van Peter Neefs (ca. 1578-na 1656, zie afb.) uitgerekend de Onze-Lieve-Vrouwekerk in Antwerpen is. En niet alleen omdat de Vlaming deze kerk vaker heeft afgebeeld.

Ook hier zitten twee kanten aan het verhaal: dit schilderij heet niet voor niets Kerkinterieur bij nacht; het is er overwegend donker, net als bij slecht weer. Behalve op de plaats die destijds ook zo’n indruk op mij maakte: onder de achthoekige vieringskoepel. Daar staat een processie van mensen met fakkels. De fakkels verspreiden een helder licht, zoals je dat overdag op deze plaats ook zonder fakkels gewaar kunt worden.

Neefs dorst aan waar Duby volgens Pranger bang voor was: hij toonde niet alleen het licht, maar ook de duisternis. Zo krijgt op dit schilderij ook de duisternis op een indrukwekkende manier haar plaats:

de nacht licht als de dag,
de duisternis is als het licht
(Psalm 139).